22 MEI 1980 1012 heersende parkeerchaosOnze fractie kan zich in grote lijnen verenigen met de nota uitwerking par keerbeheer, maar wij willen nog wel hier en daar een enkele kanttekening plaatsen. Wij zijn van mening dat de parkeervoorziening in haar totaliteit in principe in handen van de gemeente dient te worden gehoudeninclusief de ex ploitatie van parkeergarages. In dit opzicht ver schillen wij van inzicht met de Kamer van Koophan del, die ons over deze problematiek een aantal brieven heeft gestuurd. In één van die brieven wordt gesteld dat er reeds initiatieven zijn ont wikkeld ten aanzien van de exploitatie van één of meer parkeergarages. Welke initiatieven worden be doeld, is ons tot op dit ogenblik nog onbekend. Het zou op zijn minst ten opzichte van de raad van enige voorkomendheid hebben getuigd als men duide lijk had gemaakt wat men in dit opzicht heeft on dernomen dan wel voorbereid. Daarentegen zijn wij van mening dat de Kamer van Koophandel in een brief van 8 januari 1980 ten onrechte verklaart dat zijnoch de commissie mid denstand/grootwinkelbedrijven haar standpunt ter zake van de uitwerking van het parkeerbeheer ken baar heeft kunnen maken. Het was reeds geruime tijd bekend dat het college bezig was met de uitwerking van de nota parkeerbeheer en het zou daarom zinvol ler geweest zijn een mening naar voren te brengen voorafgaande aan het verschijnen van de nota. Met het oog op de veelzijdigheid van de pro blematiek en om redenen van doelmatigheid is het de wens van onze fractie dat het totale parkeer beheer in principe onder één noemer wordt gebracht. Zojuist kregen wij een concept-besluit op tafel waarin punt 2 is aangevuld in overeenstemming met het preadvies. Met deze aanvulling kan onze frac tie akkoord gaan. Ik wil ook nog even ingaan op de suggestie om tot een gestructureerd overlegorgaan te komen. In dergelijke organen wordt vaak eindeloos gepraat, terwijl de praktische uitkomst vaak ver beneden de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1012