22 MEI 1980
1028
zal de gemeente er op zijn minst voor moeten zor
gen dat er een goed gesprekskader is. Ik denk aan
een vertegenwoordiger van de bewoners van elke
wijk, een vertegenwoordiger van het zakelijk ge
beuren, van middenstandsbedrijven en van het groot
winkelbedrijf. Langs die weg kan de gemeente over
een soort referentiekader beschikken om knelpunten
tijdig te signaleren. Naar de mening van onze frac
tie mag de gang van zaken niet afhankelijk zijn
van een toevallige behoefte bij het ambtelijk ap
paraat of bij het college aan overleg met derden.
We dienen te beseffen dat modern bestuur vergt dat
er overleg wordt gepleegd, zij het dat dat ik
ben dat volkomen met mevrouw Den Ouden eens ge
structureerd en ook snel moeten kunnen gebeuren.
In ieder geval mag de gemeente wat het overleg be
treft de boot niet afhouden. Naar mijn mening is
dit toch wel het minste waar de Kamer van Koophan
del om heeft gevraagd.
Dat er voorzieningen voor het stallen van
fietsen in de binnenstad worden getroffen, is
mijns inziens gezien de overlast en de overbezet
ting van de huidige fietsenstalling, volstrekt
juist. In dit verband bestaat bij onze fractie nog
een vraag die ik ook in de commissie heb gesteld,
maar waarop toen nauwelijks is geantwoord: ons
lijkt het investeringsbedrag van 305.000,voor
de fietsenstalling zeer hoog. Wij hebben de indruk
dat je met een lagere investering een fietsenstal
ling met redelijk eenvoudige voorzieningen en een
behoorlijke capaciteit zou kunnen creëren. Deze
vraag draagt wellicht een nogal technisch karakter,
maar ik geloof dat men aan dit aspect bij de aan
besteding en bij het maken van het bestek de nodige
aandacht zal moeten besteden.
De heer DE BROUWER: Enkele aantekeningen van
de zijde van D'66 bij het nu aan de orde zijnde
voorstel, dat in slingergang door de commissie
ruimtelijke ordening en zelfs door de raad is ge
gaan