1049 22 MEI 1980 dat de komende jaren moet worden uitgetrokken, wellicht in competitie kan worden gebracht met an dere functies op investeringsgebied in onze bin nenstad, met name de woonfunctie. Er is nog een tweede punt waarop de wethouder niet heeft gereageerd. In verband met de naar on ze mening hoge investering voor de fietsenstalling ad 305.000,heb ik gevraagd of het college ten aanzien van het bestek en het eisenpakket kritisch wil zijn. Tot slot nog het volgende. Uit publikaties blijkt dat er een landelijke tendens is waarbij parkeergarages stedebouwkundig nogal ad hoe worden benaderd; men richt zich vooral op de parkeerfunc- tie. Naar mijn mening zouden we in het kader van eventuele particuliere initiatieven mogelijkheden tot combinaties van functies moeten blijven be kijken. Er bestaat zelfs een idee om boven op een parkeergarage een ijsbaan aan te leggen. Je kunt het kapitaallastenbestanddeel dan in twee richtin gen schuiven en bovendien heeft de ij sbaan aan de zijkant een vangrail nodig: in die zin zou een combinatie heel goed mogelijk zijn. De heer VAN DE STEENOVEN: Ik wil de wethouder bedanken voor zijn beantwoording, die op bepaalde punten de voorstellen voor mij helderder en accep tabeler heeft gemaakt. Met betrekking tot de par ticuliere exploitatie wil ik ingaan op een opmer king van de heer Ten Wolde. Naar zijn zeggen wordt, als de gemeente alle parkeergarages gaat stichten en exploiteren, het gemeentelijk investeringsni veau te hoog, hetgeen ten koste van de woonfunctie zou kunnen gaan. Ik ben van mening dat hij daarin geen gelijk heeft. Het maakt voor de gemeente in feite niet zo veel uit hoeveel er wordt geïnves teerd. De investeringen kunnen erg hoog zijn, als er maar voldoende inkomsten tegenover staan om de kosten van die investeringen de rente en de aflossingen te dekken. Dit is het hele verhaal. Als de gemeente haar exploitatie goed kan krijgen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1049