1061 22 MEI 1980 De heer OOMEN: U moet de cijfers toch nog maar eens bestuderen! De "dikke boeken" van de sociografische dienst geven iets anders aan. De VOORZITTER: Ja, dat doet hij wel.' De heer GIELEN: Dat wil ik inderdaad graag doen Wat de motie betreft: in beleidsnota geeft de bestuurscommissie aan dat zij veel waarde aan het filiaal West hecht. Ik vind dat wij de motie niet moeten ondersteunen, want anders kunnen we overal wel moties over gaan aannemen. Indertijd hebben we een motie over het gemeenschapshuis in Tuinzigt aangenomen. Ik weet niet hoe lang het heeft geduurd, maar de gemeente Breda heeft erg veel moeite moeten doen om daar een gemeenschaps huis te krijgen. Op die wijze is het toen gebeurd en zo zal het ook hier gaan. Ik denk dat je dan valse verwachtingen wekt. Wij zijn niet voornemens de motie te steunen. De VOORZITTER: U ziet er wel iets in, dus. De heer GIELEN: Niet! De heer DE BROUWER: Een vraag, die misschien een meer technisch karakter draagt. Ik zou de heer Oomen willen vragen waarom hij zijn opvatting niet in de vorm van een amendement heeft gegoten. Een amendement lijkt mij veel beter en sterker dan een motie De heer OOMEN: Die technische vraag wil ik wel even beantwoorden. De VOORZITTER: Zoudt u dat wel doen? Ik denk niet dat dat juist zou zijn maar ik zie dat de heer Oomen bij wijze van interruptie nog iets wil zeggen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1061