1154
19 JUNI 1980
zeker zijn omgesprongen, valt hetgeen de bur
gers met hun afwezigheid willen zeggen niet mis te
verstaan. We hebben met de motie maar wat aange
daan en we hebben er eigenlijk niet de aandacht
aan besteed die zij verdient.
Een ander argument was dat het rijk maar voor
de verhoging moet zorgen, maar het is duidelijk
dat dat niet gebeurt. Overigens kom ik nu op het
belangrijkste element van de discussie, waarbij ik
mij niet tot de V.V.D. richt, omdat zij steeds
duidelijk is geweest en te kennen heeft gegeven
dat zij voor deze groep van burgers in deze situa
tie
De heer VAN ASSELDONK: Nee, wij vinden dat de
gemeente hier niet moet inspringen, omdat er een
landelijke taak in het geding is. Het gaat niet om
deze groep van burgers. U schuift ons dat graag in
de schoenen, maar wij hebben in deze wijk nooit
verwachtingen gewekt.
De heer CRUL: Ik schuif u niets in de schoe
nen;. het is gewoon zo. U hebt steeds gezegd dat dit
voor u geen prioriteit heeft. Dan kiest u toch? U
moet dat dan niet weer gaan verzachten, want het
is zo dat u voor deze zaak niet kiest en dat u
andere prioriteiten stelt.
Het C.D.A. heeft dat in wezen nooit gedaan.
Het C.D.A. heeft gezegd en ik begrijp nu dat het
gehele college zo redeneert dat het de motie
eigenlijk wel sympathiek vindt; er zijn echter
enige andere overwegingen waardoor men toch niet
in meerderheid overstag gaat. Van de kant van het
C.D.A., en zeker van mevrouw Van Rooijis steeds
de indruk gewekt dat men zich kon inleven in de
situatie van degenen die deze gelden van ons vra
gen. Mevrouw Van Rooij heeft gezegd dat zich in
verband met renovaties en opknapwerkzaamheden al
tijd moeilijke situaties voordoen en dat het
C.D.A. daar wel oren naar heeft. Het C.D.A. vindt
volgens mevrouw Van Rooij de situatie voor de