19 JUNI 1980
1163
bijvoorbeeld de hulp die ze krijgen, wèl mee uit
komen. Dit is heel goed bekend en ik denk dan ook
dat het verstandig is het idee van een eenheidsbij
drage te verlaten en de situatie per geval te be
kijken. Daarop heb ik gedoeld. Als zich een situa
tie voordoet waarin iemand echt in moeilijkheden
komt te verkeren, moeten we naar mijn mening voor
die situatie naar een oplossing zoeken. Mevrouw
Paulussen neemt aan dat ik niet op de Algemene
Bijstandswet heb gedoeld. Ik weet niet of er in
dat verband mogelijkheden zijn. Ik zou mij ook
kunnen voorstellen dat men straks met veel schraap
werk in een of ander budget nog 50.000,kan
vinden en dat men dat voor "crepeergevallen" be
stemt. Ons gaat het erom dat in de ernstige geval
len hulp wordt geboden. Wij achten het niet juist
dat de gemeente voor een aanvulling op de premie
wordt aangesproken. Bovendien: als er al gelden
zouden zijn, zijn er naar onze mening wellicht an
dere doeleinden van groter belang.
De heer Garritsen heeft erop gewezen dat men
in andere steden wel tot aanvulling van de premie
is overgegaan. Ik geloof dat het niet de bedoeling
is ook de heer Garritsen zal dat niet doen
de ander, als de een of andere koekoek, alleen
maar na te praten. De C.D.A.-fractie-Breda heeft
ten aanzien van het standpunt dat zij inneemt haar
eigen verantwoordelijkheid.
De heer CRUL: De heer Eissens benadert de pro
blematiek vanuit de oude hulpverleningsmethodiek.
Vroeger waren er instellingen die hulp boden in
crepeergevallen, maar ik dacht dat die tijd voor
bij was.
De heer EISSENS: U bedoelt zogenaamde achter
standssituaties?
De heer CRUL: Gelukkig zijn dank zij regerin
gen waaraan de P.v.d.A. heeft deelgenomen die si
tuaties anders dan vroeger. Volgens mij is er van