19 JUNI 1980 1207 over de meerjarenraming, maar het gaat nu om het aanwijzen van de voorlopige budgettaire capaciteit en de voorlopige budgetverdeling, dit voortvloei ende uit verscheidene uitgangspunten, te weten on der andere de hoofduitgangspunten van beleid en de Gemeentewet. Wij zijn verplicht de budgetten voor lopig vast te stellen en we zijn aangewezen om dat bij te dragen, zodat de raad straks bij de begro ting tot een beoordeling zal kunnen komen. Nadat ik het hierboven genoemde als uitgangs punten heb mogen nemen, zal ik proberen de opmer kingen van de diverse sprekers in mijn antwoord "mee te nemen", zij het dat ik op de punten die door meer dan één spreker te berde zijn gebracht, in één keer zou willen reageren. Ik wil dan allereerst ingaan op het "ramp jaar." Als de heer Crul vindt dat er, wanneer we wat moeten bezuinigen, al sprake is van een "ramp" en van een "rampjaar", dan is hij naar mijn idee degene die ons een crisissituatie zit aan te pra ten. Het is natuurlijk niet leuk als we moeten be zuinigen. Wie dat zegt, heeft gelijk en als de heer Crul vindt dat de situatie door de regering wordt veroorzaakt, welaan De heer CRUL: Mag ik even onderbreken, want niet ik heb over een "rampjaar" gesproken of ge schreven. Het college heeft in een stuk het woord "rampjaar" gebruikt. Het college heeft -- ik meen dat het een stuk van de heer Brooimans was een stuk naar de raad of commissies gezonden waarin het erop wijst dat we een rampjaar tegemoet gaan. De heer SUURMEIJER: De heer Crul heeft waar schijnlijk dat stuk niet goed gelezen. Het college citeerde de staatssecretaris. Wethouder VAN BANNING: De staatssecretaris heeft wellicht aangekondigd dat hij de bui ziet hangen. Die zie ik ook hangen. In de krant van vandaag staat dat het er eigenlijk om gaat of we

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1207