19 JUNI 1980
1213
Dit neemt niet weg dat, zoals door enige
sprekers is vastgesteld, de meerjarenraming jaar
lijks wordt bijgesteld. Er valt een schijf af en
er komt een schijf bij, maar bovendien is het zo
dat de situatie ieder ogenblik verandert. Uit de
stukken blijkt dat we rekening hebben gehouden met
een prijsstijgingspercentage van 5,5. Wie echter
vanmorgen de krant heeft gelezen weet dat de per
centages voor zowel de loonontwikkelingen als
prijsstijgingen de inflatoire tendensen al
weer anders liggen dan volgens het uitgangspunt
waarmee we enige weken geleden deze stukken hebben
opgesteld. Je kunt natuurlijk niet op ieder ogen
blik weer wijzigingen gaan aanbrengen in zo'n be
langrijk voorstel, dat alle aandacht verdient. Een
en ander houdt overigens wèl in dat we tijdig moe
ten werken aan de begrotingen van het volgend jaar
en van de daarop volgende jaren, zonder nochtans
een grotere achterstand in het leven te roepen dan
waarmee we in de afgelopen periode te maken hebben
gehad
De heer VAN DE STEENOVEN: Daarmee heeft de
wethouder nog geen reactie gegeven op de vraag van
de heer Garritsen waar de bijgestelde sectorbe
leidsnota's blijven. De meerjarenbegroting, die de
wethouder heeft genoemd, moet gebaseerd zijn op de
sectorbeleidsnota's. Een jaar geleden hebben we
daarover in de commissie financiën gesproken. De
heer De Raaff is toen als wethouder van planning
in de commissie op bezoek geweest en heeft daar
uitgelegd dat zich problemen hadden voorgedaan en
dat men niet op tijd met de bijstelling van de
sectorbeleidsnota's gereed was gekomen. Nu zijn
we bezig met de volgende begroting, maar de bijge
stelde sectorbeleidsnota's zijn er nog steeds
niet. Ik ben het met de heer Garritsen eens dat
eraan moet worden gewerkt. Een meerjarenbegroting
moet niet alleen gebaseerd zijn op cijfertjes,
maar ook op beleid.