1218 19 JUNI 1980 budgetten. Hij loopt daar met een wijde boog om heen. Het gaat hier in wezen om iets waarvan ik niet weet of het tot de verantwoordelijkheid van de portefeuillehouder van financiën behoort. Ik heb begrepen dat de heer Peeters het volgende standpunt inneemt: het ruime jasje dat we nu maar creëren terwijl we het eigenlijk niet hebben, is bedoeld om in wezen het beleid van de vorige raads periode voort te zetten. Wat de heer Peeters zegt, komt erop neer dat het beleid indertijd is uitge zet en dat er geen discussie over mogelijk is. Is de beslissing daarover nu politiek of alleen fi- nancieel-technisch van aard? Ik zou graag zien dat de heer Van Banning of éën van de andere leden van het college misschien moet de voorzitter het doen daarop inging. Wethouder VAN BANNING: Noch uit de stukken, noch uit mijn betoog kan worden afgeleid dat we naar mijn mening in een ruim jasje zouden zitten. Ik zit juist steeds maar te betogen dat we moeten bezuinigen. Ik heb wat dat betreft de bal voor een deel teruggespeeld naar de commissies, door deze te verzoeken op een rijtje te zetten waar bezuini gingen zouden kunnen worden gevonden. Ik heb be toogd maar misschien is dit een deel van u ont gaan dat men kan kiezen tussen het "oude hout", de gehonoreerde claims en de voor nieuw beleid ge creëerde ruimte. Kortom, men moet de bal niet naar mij toe spelen. Naar mijn mening kan ik met alle recht en reden zeggen dat nu eerst de commissies in het kader van hun eigen verantwoordelijkheid per budget en in gezamenlijk overleg met de bud gethouders eens moeten aangeven hoe zij tegen de dingen aankijken. Dat wordt dan meegenomen naar het college en het komt uiteindelijk ter beoorde ling bij de raad. Zo is de situatie. Ik ga nergens aan voorbij en ik wil iedere discussie met de heer Crul aangaan, maar ik denk dat hij op iets uit is wat in feite nu niet aan de orde is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1218