23 JUNI 1980 1240 een puur financieel-technisch verhaal heeft gehou den en dat is inderdaad waar. De politieke kant van de zaak, waarom het mijns inziens op dit moment toch wel gaat, heeft hij laten liggen. Ik denk dat die niet kan blijven liggen tot de concept-begro ting in de commissies aan de orde komt; mijns in ziens zijn wij dan veel te laat. Juist bij de voor lopige budgetverdeling dient mijns inziens de po litieke afweging plaats te vinden. Nu wordt ons dat in wezen onmogelijk gemaakt. Vandaar ook dat ik op zichzelf sympathiek sta tegenover de motie van de Partij van de Arbeid, want daarin wordt een aantal aspecten aangegeven waarnaar moet worden gekeken, al heb ik wel moeite met de overweging dat de bezuinigingen die over ons komen dienen te worden geaccepteerd. De motie betekent echter toch wel een kleine stap op de goede weg en daarom meen ik wel mijn steun aan die motie te kunnen geven. Ik heb verder nog gesproken over de mogelijk heid van het worden van een artikel 12-gemeente. De wethouder heeft dat heel beknopt afgedaan door te zeggen dat het college daar niets in ziet en dat daaraan allerlei bezwaren kleven. Als je ech ter vindt dat de landelijke overheid niet zo maar in een begroting mag snoeien en zeker niet oneven redig in een gemeentelijke begroting van de kant van het C.D.A. is daaromtrent overigens geen enke le uitspraak gedaan moet je eigenlijk als gro te landelijke partij tot een boycot overgaan en een groot aantal steden tot artikel 12-gemeente maken. De zaak zal dan een beetje, waarschijnlijk zelfs helemaal, in de soep gaan lopen, zodat de landelijke overheid wel met maatregelen móet komen. Van de zijde van de C.D.A.-fractie heb ik evenwel geen beoordeling van het landelijke beleid gehoord, zodat ik aanneem dat zij akkoord gaat met de mijns inziens onevenredige besnoeiing op de gemeentelij ke uitgaven. De heer PEETERSIk denk dat de heer Garrit- sen niet goed heeft geluisterd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1240