23 JUNI 1980 1270 Is de wethouder het met mij eens dat dit voorstel via een trage ontwikkeling tot stand is gekomen en is ook hij van mening dat het bureau Onderwijs daarin een wat bedenkelijke rol heeft gespeeld? Wat wil hij gaan doen om in de toekomst vertragingen ten aanzien van dit en soortgelijke projecten te voorkomen? Mijn tweede vraag is gericht op het toekom stige beleid. Is de wethouder het met mij eens dat dit project onderdeel dient uit te maken van een toekomstig raamplan ten aanzien van de hele werk- loosheidsproblematiek? Is hij ertoe bereid aan te geven in welke mate het onderwijs daarin zal par ticiperen? In de commissie sociale zaken hebben wij in de richting van de wethouder van sociale zaken al de vraag gesteld in hoeverre dat onder deel daarbij zal worden betrokken. Voor de sector jeugd en sport geldt hetzelfde. De duur van het project vinden wij erg kort. Bent u het met mij eens dat een project als dit zich binnen de tijd van een jaar erg moeilijk kan bewijzen, temeer daar de evaluatie is gekoppeld aan het eindmoment van het project, dat rond de zomervakantie van het volgend jaar valt? Kunt u het gelet op het voorgaande met ons eens zijn dat de evaluatie van het project door het hele project heen zal moeten plaatsvinden en dat van te voren duidelijk moet zijn welke criteria daarbij moeten worden gehanteerddit in verband met de korte duur van het project en gelet op het feit dat de resultaten van het project eigenlijk pas na afloop van het project merkbaar zijn? Bent u met ons van mening dat de taakstelling van de medewerker of medewerkster die zal worden aangetrokken beperkt is? Vindt u het mèt ons be langrijk om in het komend jaar te verkennen en te onderzoeken in welke mate andere mogelijkheden een rol zouden kunnen spelen in het kader van het hele schoolverlatersproj eet? Tenslotte wil ik nog opmerken dat de leden van de commissie onderwijs niet erg verheugd waren

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1270