1275
23 JUNI 1980
op de agenda voor de commissie doen plaatsen.
D'56 heeft met u een gesprek over die zaak gevoerd
en daarbij is mij gebleken dat de ingang bij dat
gesprek een totaal andere was dan die ik zou kie
zen. Het gaat er mij namelijk niet primair om aan
wie het werk wordt gegund, maar mij gaat het in
de eerste plaats om de principiële vraag öf er wel
onderhands moet worden aanbesteed. Ik wil de tota
le problematiek hieromtrent in de commissie be
spreken. Naar ik heb begrepen is in het kader van
het gesprek met D66 wat voorwerk verricht, ter
wijl u hierover in de commissie ook wat medede
lingen hebt gedaan, maar ik wil u toch verzoeken
dit onderwerp op de agenda voor een commissiever
gadering op te voeren, opdat het in openbaarheid
kan worden behandeld. Ik hoop dat andere fracties
dat willen ondersteunen.
De VOORZITTER: Heeft mevrouw Paulussen er be
hoefte aan hierop in te gaan?
Wethouder PAULUSSENIk denk dat u in de
richting van de voorzitter van de commissie open
bare werken moet kijken; u moet dus in dit geval
uzelf aankijken.
De VOORZITTER: Dat doe ik regelmatig, behal
ve vanavond. Kennelijk heeft mevrouw Paulussen er
geen behoefte aan op de woorden van mevrouw Pau
lussen in te gaan. Dar geldt ook voor mij. Is de
heer Garritsen voor of tegen het voorstel?
De heer GARRITSEN: Ik neem toch wel aan dat
u mijn vragen nu kunt beantwoorden, want anders
moet ik weer de moeizame weg bewandelen van het
stellen van schriftelijke vragen ex artikel 40.
De VOORZITTER: Ik voel daar helemaal niets
voor. Aan de voorzitter van de commissie openbare
werken is verzocht te gelegener tijd het punt van
de onderhandse aanbesteding op de agenda voor de