1315 23 JUNI 1980 depot nodig is. Wij ontkomen daaraan niet, want anders valt er op de duur niets meer te doen en bovendien krijgen wij nooit meer de kans te kunnen beschikken over een depot dat zo dichtbij is gele gen. Aan de andere kant hebben wij af en toe het vage gevoel dat het museumbestuur de taak van op bouw en beheer wat te sterk benadrukt. Wij vragen van de wethouder de toezegging dat het beleid met de korte tentoonstellingen in de periode tot 1983 in ieder geval niet wordt afgebroken. Verder ver zoeken wij hem er zich voor in te zetten dat het houden van rondleidingen in elk geval doorgaat tot volgens de planning in 1983 de organisator erbij komt Het rijk besteedt 6 miljoen aan niet-rijks- musea en Brabant ontvangt daarvan nog geen 100.000,-; alleen naar het provinciaal museum in Den Bosch gaat iets, omdat dit museum het enige is dat van de provincie subsidie krijgt, hetgeen een voorwaarde is voor rijkssteun. Het provinciaal beleid is gericht op het in stand houden van één provinciaal museum in Den Bosch, waarin een echt provinciale collectie wordt ondergebracht. De top stukken uit de diverse regionale musea in Breda, Bergen op Zoom en Eindhoven zullen daarin dus een plaats moeten krijgen. De regionale musea hebben zich daartegen verzet en dat is ook gebeurd door het college van b. en w. van Breda. De C.R.M.-nota uit 1977, "Naar een nieuw museumbeleid", bepleit decentralisatie en spreiding in het patroon van de voorzieningen. In dit kader zijn twee proefpro jecten op touw gezet, waarvoor de provincies Fries land en Brabant zijn aangewezen, welke projecten twee jaar zullen duren. Mijns inziens is er momen teel sprake van een wapenstilstand, ook op provin ciaal niveau. Na twee jaar komen er naar mijn me ning mogelijkheden via de provincie, bijvoorbeeld in de vorm van rechtstreekse subsidiëring of het uitlenen van een organisator of een educatief me dewerker. Ik meen dus dat wij over twee jaar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1315