23 JUNI 1980 1332 De heer VAN DEN WIJNGAARD: Had u het ei in het vrieshuis liggen? De heer MARTENS: Er zal nog heel wat overleg moeten worden gepleegd in de commissie. Thans zal de heer Paquaij nog het een en ander zeggen over het personele aspect. Tenslotte wil ik nog stellen dat wij met een keuze voor het Eindhovense voorstel erg veel pro blemen zouden hebben. Evenals de heer Van den Wijn gaard zijn wij van mening dat er goede voorlich ting aan de burgers moet worden gegeven. De heer PAQUAIJZoals de heer Martens al heeft aangekondigd zal ik nader op de personele kant ingaan. Tijdens het voorbereiden van de rota grof vuil hebben zich ontwikkelingen voorgedaan bij het vervoerbedrijf, verband houdend met het sterk gestegen ziekteverzuim. Tezamen met de nota grof vuil is daarom in de commissie personeel en organisatie de nota onderzoek ziekteverzuim ge meentelijk vervoerbedrijf, die door een werkgroep uit de begeleidingscommissie is opgesteld, aan de orde gesteld. Gelet op de rapportage van dat on derzoek moeten wij stellen dat hierbij moet worden gesproken van enkele zwarte bladzijden voor wat betreft het. door de dienst gevoerde beleid. Naar aanleiding van dit onderzoek, het rapport en de aanbevelingen heeft het college gemeend een aan vullende nota grof vuil te moeten schrijven en te moeten kiezen voor variant C. In de nota grof vuil wordt gesteld dat in 1978 een proef is genomen met roulering van het als aantrekkelijk beschouwde werk. Waarom is men daar weer van teruggekomen? In het rapport ziekte verzuim is dit punt eveneens aan de orde gesteld. De commissies personeel en organisatie en bedrijven hebben unaniem positief geadviseerd voor variant C en dit geldt ook voor de commissie ziek teverzuim van het vervoerbedrijf. Zoals de heer Martens zojuist al heeft gezegd gaat de Partij van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1332