1398 18 AUGUSTUS 1980 zodanig. Met name de onderdelen b en c betreffen voorzieningen die in die lijn liggen. Wij kunnen daar natuurlijk weinig aan doen, aangezien de raad tot versterking van de bedoelde functie heeft besloten, maar we willen dit toch even hebben ge zegd. Vervolgens willen We een vraag stellen waar bij we een parallel trekken met bouwkundige voor zieningen bij diverse andere panden: zal het nu te voteren bedrag voldoende blijken te zijn? Het is niet wenselijk dat we in de toekomst met een nieuw krediet worden geconfronteerd. Men zal be grijpen dat we in dit verband denken aan de kre dietoverschrijding bij het verbouwen van het Theater Achterom. Het onderdeel a betreft voorzieningen in de categorie restauratie. Wij vragen ons af of een deel van deze voorzieningen niet onder het norma le onderhoud valt dat door de dienst van openbare werken zou moeten worden uitgevoerd. Kan de wet houder ons zeggen of dit het geval is en, zo ja, of in het vervolg bij het normale onderhoud zoda nige voorzieningen zullen worden getroffen, dat restauratie na een aantal jaren niet meer nodig is? Wethouder SANDBERG: Ik geef toe dat er sprake is van een versterking van het gebouw en zijn functioneren, althans voor zover het om verster king van vloerbedekking en van een aantal bouw kundige voorzieningen gaat. Naar mijn mening heeft de heer Oomen echter niet in die zin over "ver sterking" gesproken. Het gaat hier om een post met betrekking tot het Oudemannenhuis, dat door de eeuwen heen langzamerhand, ondanks normale on derhoudsbeurten, op onderdelen aan restauratie toe is geraakt. Zoals men weet staat deze post al twee jaar lang in de begroting, los van eventuele beleidswijzigingen die pas in de loop van 1980 zijn vastgesteld. De heer Oomen heeft zich voorts afgevraagd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1398