18 AUGUSTUS 1980 1431 elkaar eens zijn. Thans wil ik echter mijn oprech te dank uitspreken in de richting van de heer Van de Steenoven voor het noemen van de zijns inziens positieve aspecten, hetgeen ook niet is weergespro ken. Ik meen dat dit ook niet de minste aspecten in het kader van de totale planopzet zijn. Terecht wees hij op de verkeersveiligheid in dit plandeel met name voor de fietser. Ik wil evenwel ook wij zen op de medewerking die wij van de rijksoverheid op dit punt hebben ontvangen, want voor de auto vrije kruisingen voor de fietsers hebben wij een behoorlijke subsidie van het rijk gekregen. Ik ben van mening dat wij die goed hebben ingepast en ge bruikt. De verkeersveiligheid, met name ook voor de fietsers, is een belangrijk punt in het kader van het wervend woonmilieu en ten aanzien van de situatie waarin de toekomstige inwoners van Breda zullen verkeren. De planologische opzet als zodanig ondervindt ook waardering en ik vind het plezierig dat te ho ren Voorts is de geluidsoverlastbestrijding -- tegenwoordig spreekt men heel simpel van "lawaai bestrijding een aspect waaraan mijns inziens in de Haagse Beemden in ruime mate, zowel in kwanti tatief als in kwalitatief opzicht, aandacht wordt geschonken, met name door de wijze waarop in de planologische opzet geluidswallen worden ingepast De heren Ten Wolde en Goos kunnen zich scha ren bij de opvattingen van de meerderheid van het college, waarvoor hartelijk dank. Thans zal ik ingaan op de punten en stenen des aanstoots, in de eerste plaats op de woning differentiatie. Het is terecht dat de raad te pas en ook te onpas praat over de woningdifferentiatie in de Haagse Beemden en in heel Breda. Ik vind het een klein beetje problematisch dat met name de heer Van de Steenoven een drietal kanttekeningen heeft geplaatst bij de vraag waarom die woningdil- ferentiatie op dit moment bespreekbaar is en waar om die bespreekbaarheid voorts zo belangrijk is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1431