18 AUGUSTUS 1980
1445
koopwoning te financieren. Ik begrijp niet dat,
gegeven de markteconomie, gegeven de politieke
uitgangspunten
De heer SCHURING: Teneinde een evenwichtig
beeld te geven moet u ook ingaan op de passages
die het C.D.A. aan het huurbeleid voor de toekomst
heeft gewijd.
De heer VAN DE STEENOVEN: Ik ben nu niet be
zig met een bespreking van het C.D.A.-verkiezings
programma
De VOORZITTER: Zou het niet beter zijn als
wij ons nu zouden bezighouden met het bestemmings
plan?
De heer VAN DE STEENOVEN: Dat zal ik graag
doen. Naar aanleiding van hetgeen de heer Ten
Wolde en de heer Van Dun hebben gezegd wil ik
stellen dat de kansen dat wij de vrije sector-wo
ningen kwijt raken alleen maar geringer zullen
worden. Wij zijn daarom ook van mening dat er een
geringer aantal vrije sector-woningen moet worden
gepland, alleen al gezien de financiële situatie.
Verder ben ik het met de heer Garritsen eens dat
we bij elementaire kwesties als de volkshuisves
ting niet alleen naar de financieel-economische
kant moeten kijken, maar ook naar de concrete nood
die aanwezig is.
Ik wil ook nog even ingaan op de spreiding
van de voorzieningen, met name winkelvoorzieningen.
Inderdaad geeft het consumentengedrag aanleiding
om steeds minder winkels kleinschalig over de wij
ken te gaan spreiden, maar ik wil erop wijzen dat
er toch ook zoiets als een wisselwerking is. Als
je in een wijk bepaalde voorzieningen alleen maar
centraal plant kunnen de m<nsen niet anders dan
hun winkelgedrag daaraan aanpassen; je kweekt dan
de mensen een bepaalde houding en een bepaald pat
roon aan. Zij moeten in dat geval wel van de auto