1456 18 AUGUSTUS 1980 Verdei is in uw eigen programakkoord vermeld dat minderheidsstandpunten in de raad kunnen worden verdedigd en door middel van afwijkende stemming tot uiting kunnen worden gebracht. Het lijkt mij goed de discussie hierover op dit moment te slui ten. De algemene beschouwingen bieden vanzelfspre kend de mogelijkheid om hierop terug te komen. Ik stel u thans voor een besluit te nemen over het onderhavige voorstel. De heer CRUL: De heer Ten Wolde heeft zeer nadrukkelijk in de richting van de Partij van de Arbeid een aantal zaken op tafel gelegd. Ik wil daarop slechts kort ingaan, want inderdaad is de begrotingsbehandeling daarvoor een betere gelegen heid. De heer Ten Wolde heeft echter met name uit gaande van dit voorstel de situatie nogal opgeklopt en dat leidt toch wel tot een wat moeilijke dis cussie, temeer omdat dit alles in de commissie niet ter sprake is gekomen. Er is uitvoerig onder handeld over het programakkoord, waarbij de func tie van de raad en de functie van het college uit drukkelijk aan de orde zijn geweest. Doordat er politiek en zakelijk verschillende standpunten be staan zijn wij pas na moeizame onderhandelingen tot een aantal afspraken gekomen; met een zekere pijn zijn wij tot een akkoord gekomen. Natuurlijk kwam daarbij aan de orde het feit dat minderheids standpunten binnen het college mogelijk zijn en dat is ook geformuleerd. Ter wille van een goede gang van zaken hebben wij ons daaromtrent steeds sober opgesteld. Als echter de heer Ten Wolde uit drukkelijk van mening is dat er bij voortduring tussen de raad en. het college, tussen de college leden onderling en tussen de raadsleden onderling discussies over de hoofdpunten van beleid moeten worden gevoerd, is daarover met ons wel te praten. Gezien de afspraken die zijn gemaakt zien wij dat op dit moment liever niet gebeuren, maar wellicht kan bij de begrotingsbehandeling hierover nader worden gesproken. Nu word! Ie situatie nogal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1456