18 AUGUSTUS 1980
1465
onderschreven, al weet ik niet altijd precies wat
de Partij van de Arbeid wel en wat zij niet onder
schrijft. Uit die nota komt duidelijk de behoefte
aan kantoren in Breda naar voren. Planning van
kantorenbouw op deze plaats achten wij juist en
wij geven daaraan dan ook graag onze steun.
Het lijkt mij niet nodig dat ik uitvoeriger
op dit voorstel inga, want in de commissievergade
ring is hieraan al ruime aandacht besteed. Gaarne
gaat de CDA-fractie met dit voorstel akkoord.
De motie zullen wij nog nader bezien.
De heer TEN WOLDETer wille van de tijd zal
ik mij beperken, maar op enkele punten wil ik toch
nog even ingaan, mede om daarmee tevens het stand
punt van onze fractie uiteen te zetten. Wij hebben
altijd gepleit voor een evenwichtige opbouw van de
binnenstad. Dit betekent dat wij de woonfunctie
willen optimaliseren door een versterking ervan,
maar dat wij tegelijkertijd onze ogen niet willen
sluiten voor de realiteit, met name het feit dat
de behoefte aan kantoren in de binnenstad behoor
lijk groot is. Ik kan mij de discussie herinneren
die een jaar geleden is gevoerd, waarin leegstand
werd gesignaleerd van kantoren aan de Heerbaan,
reden waarom kantoorbouw werd afgewezenEen paar
maanden later zaten zij echter vol met als gevolg
een tekort aan kantoorruimte. De kantorennota --
de heer Goos sprak er zojuist al over spreekt
duidelijk boekdelen op dit punt. Landelijk is ge
bleken, en ook door het ambtelijk apparaat is in
de commissie toegelicht, dat je een bepaald per
centage leegstand moet hebben om je marktpositie
niet te verkleinen. Als wij werkgelegenheid willen
aantrekken, zullen wij ook aan bepaalde condities
moeten voldoen, in welk verband wij een bepaalde
leegstand moeten accepteren. Met wat de heer Van
de Steenoven over het kraken stelde droeg hij naar
mijn oordeel een laakbare suggestie aan.
Bij de behandeling van het vorige punt ver
weet de heer Van de Steenoven ons dat wij ten