24 JANUARI 1980
146
gehele ontwikkeling van het betaald voetbal, als
mede op hun zakelijke waarde op dit ogenblik. Ik
denk dat we elkaar wat de achtergrond van het be
taald voetbal betreft erg goed begrijpen. De heer
De Brouwer heeft betoogd dat er aan de voorstellen
geen fundementele visie op het betaald voetbal ten
grondslag ligt; hij heeft daar gelijk in, maar ik
denk dat op dit ogenblik een fundamentele visie op
het betaald voetbal ook nauwelijks te geven is. Het
betaald voetbal ontwikkelt zich ontzettend snel en
tegen de tijd dat je hebt uitgefilterd wat die
fundamentele visie zou moeten zijn, is de evolutie
al weer zó veel verder gegaan, dat die visie niet
meer opgaat. Ik denk dat we moeten afwachten wat
de ontwikkelingen zullen opleveren en wat op een
gegeven ogenblik het stabilisatieniveau zal zijn,
terwijl we daarnaast wèl maatregelen moeten nemen
waardoor allerlei excessen en allerlei nadelige
situaties zo sterk mogelijk worden beperkt. Ik
pleit dus voor een afwachtende houding wanneer het
erom gaat hoe de waarde voor de passieve recreatie
in de toekomst wordt, voor een niet-afwachtende
houding wanneer het erom gaat te bevorderen dat de
clubs, zolang je op het eerste punt niet zeker
bent, in leven kunnen blijven en dat de excessen
niet verder toenemen. In die zin hebben wij de pro
blematiek benaderd en hebben wij onderzocht wat er
bij N.A.C. aan de hand was en welke problemen je
zou kunnen verhelpen.
De problematiek blijkt dan tweeledig te zijn.
Op de eerste plaats hebben we te maken met de om
vangrijke schuldenpositie en de noodzakelijke fi
nanciering daarvan en op de tweede plaats worden
we geconfronteerd met het "gat" in de begroting.
Wij hebben altijd gezegd dat het voorstel tot over
name van de accommodatie de oplossing voor de
schuldenpositie zou moeten opleveren. N.A.C. heeft
mij wat dat betreft in de brieven en in andere
verklaringen juist geciteerd: het overnamevoorstel
ten aanzien van de accommodatie biedt naar mijn
mening op zichzelf geen structurele oplossing. Als