18 AUGUSTUS 1980 1495 dat bewoners door de gemeente worden aangewezen die recht op aansluitingen hebben, óók als de ei genaar op dat moment daarmee niet akkoord gaat. Indien die mogelijkheid wordt geschapen zal de verordening moeten worden gewijzigd. Wij vinden echter wel dat met het antwoord op de brief van de krakers, die van november 1979 dateert, niet al te lang kan worden gewacht. De geruchten luiden dat de behandeling in de Kamer begin september zal plaatsvinden, maar het is nooit zeker of dat ook zal worden gehaald. Als er een eindeloze procedure gaat ontstaan moet de brief op een gegeven moment maar uitgaan, maar in uitstel met één maand kunnen wij ons volledig vinden. Ik wil evenwel nu wél twee schoten voor de boeg geven, waarvan de eerste in de richting van de P.v.d.A. gaat. Als zij wil inspelen op de Leeg- standswet zal zij dat ook volledig moeten doen. Er moet dan niet alleen worden gekeken naar de wo ningen die op een gegeven moment daaronder vallen, maar er zal bijvoorbeeld ook aandacht moeten wor den besteed aan het feit dat aanvragen moeten wor den gedaan door mensen die krachtens de Leegstands wet door de gemeente daartoe bevoegd zijn ver klaard. Er zal dus onzes inziens niet zonder meer kunnen worden gezegd dat de krakers van een pand dat onder de Leegstandswet valt dat wel mogen doen Die krakers horen daar dan niet meer in, maar er horen mensen in die door de gemeente zijn aangewe zen, Dezen zullen in dat geval recht hebben op aansluitingen, eventueel tegen de zin van de eige naar in. Mijn tweede schot voor de boeg gaat in de richting van het college. Wij willen erop aandrin gen dat tussen leer en leven niet veel ruimte wordt geschapen. In de volgende vergadering zullen wij niet alleen de leer behandelen, maar ook nog even terugkomen op de praktijk. De heer NEEBIk wil niet vooruitlopen op een al of niet tot stand komende Leegstandswet, want

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1495