1533
11 SEPTEMBER 1980
De VOORZITTER: Ik neem direct aan dat u hem
heeft gesproken, maar ik wens u zonder enig beding
te zeggen dat die mededeling voor mijzoals ik
hier nu zit, niet relevant is ten aanzien van deze
procesvoering. We kunnen daarover redetwisten. Ik
doe u naar eer en geweten deze mededeling, u kunt
een andere opvatting hebben of over andere infor
matie beschikken, maar in antwoord op uw vraag
deel ik dit mee.
In de tweede plaats hebt u naar ik meen ge
sproken over de kostenkwestieDe kosten zouden,
zoals de heer Brooimans heeft gezegd, in de orde
van grootte van een aantal duizenden guldens lopen.
Wat het doen van een mededeling aan de commissie
bedrijven betreft: die werkwijze is door het col
lege van burgemeester en wethouders gevolgd, omdat
totnogtoe alle aangelegenheden van deze aard via
de commissie bedrijven hebben gelopen. Ik sluit
niet uit dat, wanneer het om de juridische aspec
ten van deze aangelegenheden gaat, ook een andere
commissie daarbij een rol zou kunnen spelen. Ik
geloof dat dat tot de mogelijkheden zou kunnen
gaan behoren.
Ik heb voorts terloops aangetekend dat mevrouw
Saelman een vraag over de termijn heeft gesteld;
als ik het niet bij het rechte eind heb, zal ik
graag zien dat mevrouw Saelman hierop terugkomt.
Hoe lang zal het allemaal gaan duren? Zojuist heb
ik al meegedeeld dat de cassatietermijn op 30 sep
tember verstrijkt. Mevrouw Saelman geeft te kennen
dat zij dat niet heeft gevraagd, maar ik mag het
toch wel even herhalenl De termijn waarop een en
ander vervolgens kan worden afgerond, laat zich
mijns inziens niet voorspellen. Ik althans kan,
wanneer men dat van mij zou verlangen, niet aange
ven of het een kwestie van weken dan wel van maan
den zal zijn. Dat is een vraag die ik niet kan be
antwoorden. Misschien beschikt mevrouw Saelman te
dien aanzien wèl over informatie, maar ik kan
hierover geen uitsluitsel geven.