11 SEPTEMBER 1980 1534 Mevrouw SAELMAN-BOELENHet ging mij niet om de vraag hoe lang het überhaupt zou duren, maar het ging mij om het volgende. Uitspraken in cassa tie laten dikwijls drie kwart jaar a een jaar op zich wachten en als daarvan ook in dit geval spra ke zou zijn, zou de uitspraak wanneer zij zou wor den gedaan inmiddels zijn achterhaald door een Leegstandswet die daarover De VOORZITTER: Mevrouw Saelman, mag ik u nu eens luid en duidelijk Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Dat is toch een zeer relevante vraag voor de discussie! De VOORZITTER: Mag ik u nu eens luid en dui delijk zeggen: u gaat uit van een uitspraak van de president van de rechtbank, een uitspraak van het Hof en de overwegingen die met betrekking tot het aantekenen van beroep in cassatie in het raads voorstel worden genoemd, waarbij u dan allerlei andere zaken betrekt, zoals een eventuele Leeg standswet, een eventuele opvatting in de commissie algemene zaken en een eventueel optreden: naar mijn mening volstrekt buiten de orde. Ik sluit he lemaal niet uit dat al die punten aan de orde zul len komen, maar ik vind en dat zeg ik u onom wonden dat zij in deze rechtsgang, in dit Neder land, in deze procedure niet ter zake doen. Mijn bijdrage aan het debat wil ik op dit ogenblik hier beëindigen. Als men persisteert bij de opvatting dat na de eerste termijn of na een eerste termijn de vergadering zou moeten worden geschorst, doet zich daarvoor nu het juist ogen blik voor. Hoe lang zal de schorsing moeten duren? De heer EISSENS: Ik denk dat we toch wel een half uurtje zullen moeten rekenen. De VOORZITTER: Ik schors de vergadering voor een half uur.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1534