15 SEPTEMBER 1980
1577
van het geheel verbetert en wanneer de financieel-
economische sanering duidelijk een positieve ont
wikkeling te zien geeft.
Op landelijk niveau zijn de gemeenten in
overleg met het budgetbewakingsinstituut (BBI)
het "apparaat" dat de sanering moet bewerkstelli
gen, althans minstens moet bewaken als uitvoerend
orgaan. De lijn die daarbij op tafel komt, houdt
in dat de gemeenten de subsidie op het huidige ni
veau zouden moeten bevriezen, dat ze nog niet tot
vermindering moeten overgaan, maar dat ze moeten
afwachten wat het saneringsplan voor de tweede fa
se zal opleveren. Ik meen dat wij het in Breda met
die lijn eens kunnen zijn. Het college is in ieder
geval tot de conclusie gekomen dat het deze ontwik
kelingen wil afwachten en dat de subsidiëring op
het bestaande niveau met een jaar zou moeten wor
den verlengd, waarbij echter duidelijkheid omtrent
het toekomstperspectief zal moeten ontstaan. Daar
toe moeten we op zijn minst wachten op een nieuw
rekenmodel van het BBI ten aanzien van de tweede
fase van de sanering, speciaal met het oog op de
vraag of de schulden al dan niet zullen worden
verminderd. Ook zal duidelijk moeten worden wat de
trend is op het gebied van toeschouwersaantallen
en de belangstelling voor het betaald voetbal van
de kant van radio, televisie en pers. We moeten
weten met welke bedragen we in dat opzicht ten
aanzien van de kostenverdeling rekening zullen
moeten houden.
De landelijke ontwikkelingen zoals zojuist
geschetst hebben mede de aanleiding tot het onder
havige voorstel gevormd. Wij handelen conform de
landelijke trend en ik denk dat gaandeweg alle be
trokken gemeenten, op een enkele uitzondering na,
deze lijn zullen gaan volgen. Een enkele gemeente
is op dit ogenblik al bereid de subsidiëring van
het betaald voetbal te staken.
Hiermee heb ik de algemene achtergrond ge
schetst. De gemeenten komen op één lijn, ze gaan
eisen stellen ten aanzien van de sportieve en de