15 SEPTEMBER 1980
1579
niet meer een sluitende begroting te eisen en wij
hebben ons daaraan geconformeerd.
Daarnaast heeft de heer Koertshuis gesigna
leerd dat N.A.C. op het punt van de huur en de on
derhoudskosten in een ongunstige situatie verkeert.
Hij meent dat N.A.C. in dezen wordt achtergesteld,
wat deze wethouder vermoedelijk zal aanspreken. In
zeker opzicht heeft hij gelijk: in het algemeen
raakt achtergesteldheid van groepen en individuen
mij maar ook het gehele college zeer. Ten
aanzien van de organisatie N.A.C. zijn wij er ech
ter nog niet van overtuigd dat deze dermate ach
tergesteld is, dat zij in de prioriteitenafweging
bij de begroting voor 1981 voorop zou moeten komen
te staan. Alleen al vanwege de prioriteiten in
Breda, maar ook vanwege de landelijke lijn, hebben
wij voor de korte termijn geen uitbreiding van de
subsidie in het hoofd.
Dat de heer Koertshuis zich vóór een direc
teur bij N.A.C. heeft uitgesproken, is een feit
waarvan N.A.C. naar ik aanneem onmiddellijk nota
heeft genomen; ik heb dat trouwens ook gedaan. Een
andere opmerking van de heer Koertshuis hield in
dat voorwaarde i misschien wat vriendelijker zou
kunnen worden geformuleerd. Ik stel voor de voor
gestelde formulering te handhaven, omdat daarmee
goed te werken valt.
De vraag van de heer Martens waarom er geen
meerjarenvoorstel ligt, lijkt mij inmiddels duide
lijk beantwoord. Ook heeft hij geïnformeerd naar
de rol van de V.N.G. bij de sanering. Ik heb al
gezegd dat de V.N.G. de gemeenten met betaald
voetbal "verzamelt". Die groep van gemeenten leek
in het verleden op een doosje met vlooien: als jé
de deksel eraf haalde, sprongen ze alle kanten op.
Gaandeweg komen we echter, ook omdat de landelijke
ontwikkelingen flink duidelijk worden, toch op één
lijn. We zullen als gemeenten gezamenlijk proberen
onze directe verantwoordelijkheid voor het betaald
voetbal te erkennen en te beleven, maar aan de an
dere kant moet het duidelijk zijn dat een gemeente