1608
15 SEPTEMBER 1980
liggende concept-besluit, dat ik heb het nage
keken gelijk is aan het vanavond aangeboden
concept-besluit
De heer KOERTSHUIS: Ik was het helemaal met
de inhoud van het stuk eens. Overigens heb ik uw
opmerking letterlijk opgeschreven. Ik heb mijn er
varingen met notulen en ik wil nog wel eens her
halen wat u hebt gezegd.
De heer MARTENS: Dat hoeft niet, want in het
verslag staat terecht dat ik het volkomen eens ben
met de aanduiding van minderheidsgroepen. Ik ben
het ook eens met de aanbevelingen van burgemees
ter en wethouders. Dat ik mij over partijpolitieke
programma's zou hebben uitgelaten, kan ik mij niet
herinneren. Ik ben het volledig eens met het
standpunt van het college, dat aan minderheids
groepen hoge prioriteit wil geven. Onze fractie
kan zich geheel vinden in het voorgestelde besluit
en is van mening dat punt a inderdaad de eerste
prioriteit heeft.
Wethouder WELSCHEN: Over een voorstel als dit
kun je lang en kort praten. Het zou op zich wel
leuk zijn met de heer Koertshuis in discussie te
gaan over wat er precies wordt bedoeld en over het
socialisme dat eraf zou druipen, één ding staat
voor mij in ieder geval als een paal boven water:
de recreatiemogelijkheden voor de verschillende
bevolkingsgroepen lopen heel duidelijk uiteen. Het
gaat daarbij dan om minderheidsgroepen en om de
sociaal-economische klassen die er in Nederland
zijn en die ieder op zijn eigen manier mag aan
duiden. De manier waarop de diverse groepen in
Nederland hun recreatie bedrijven, is heel duide
lijk verschillend en op een aantal punten zijn
heel duidelijke correlaties samenhangen dus
aangetoond tussen de manier waarop mensen wonen,
werken en naar school gaan en de manier waarop ze
recreëren