1686
24 SEPTEMBER 1980
Als langdurige leegstand van voor bewoning t
geschikte panden als maatschappelijke ongewenst t
wordt ervaren, is het de taak van de wetgever in g
het belang van de volkshuisvesting beperkingen aan b
de uitoefening van het eigendomsrecht te stellen, s
zoals nu ook gebeurt met de op handen zijnde Leeg'- h
standswet. Dat is in een democratische samenleving i
de enig aanvaardbare weg. Dat burgers het recht d
in eigen hand nemen, is in strijd met de rechtsor" g
de en het gemeentebestuur dient zich te onthouden
van elke vorm van actieve of passieve steun daar- w
aan, ook bij de levering van nutsvoorzieningen. m
Het arrest, inhoudende dat de gemeente on- v
rechtmatig handelt door tegen de wil van de eige- o
naar nutsvoorzieningen aan kraakpanden te leveren, I
is zowel in politieke zin als in juridisch opzicht 1
geheel en al in overeenstemming met het standpunt s
van de V.V.D.-fractie. Dat zelfde geldt voor het i
beleid zoals dat op grond van dit arrest bij de v
levering van nutsvoorzieningen aan kraakpanden v
thans moet worden gevoerd. Zonder uitdrukkelijke v
toestemming van de eigenaar zal niet meer tot le- z
vering kunnen worden overgegaan, terwijl de leve- k
ring moet worden gestaakt indien de eigenaar daar- v
toe sommeert. De volksgezondheid en de brandveilig- k
heid komen daarbij niet in het gedrang, omdat a
zoals in het geval-Grote Markt 50 is gebleken V
zo nodig een noodvoorziening voor de levering van t
water kan worden aangebracht buiten het pand en d
zonder dat gebruik wordt gemaakt van de tot het
kraakpand behorende leidingen. Naar onze mening a
zal dit beleid, dat nu van voorlopige aard is om- f
dat het arrest nog appellabel is, te zijner tijd h
een definitief karakter moeten krijgen door een w
aanpassing van de energie- en waterverordening. 9
Ik zal daarop bij de bespreking van het preadvies t
over de interpretatie van deze verordening straks n
nog terugkomenf
Onzerzijds bestaat er geen enkele behoefte g
aan vernietiging van het arrest van het Bossche z
Hof, dat, zoals gezegd, aan duidelijkheid niets c