1690 24 SEPTEMBER 1980 tot eigenmachtig handelen. n Een beleid als in het geval-Ginnekenweg 90 heeft naar onze mening als nadelig gevolg dat de 1 burger in zijn rechtsgevoel wordt gekwetst en dat r daardoor het vertrouwen in de overheid wordt on- s dermijnd. Een dergelijk beleid achten wij in po- i litiek opzicht volstrekt ongewenst. Als het de drie cassatievoorstanders in het college over wie 1 ik sprak, alleen maar te doen is om het verkrijgen van een principiële uitspraak en niet om een be- leidswijziging zoals door de P.v.d.A. wordt nage- t streefd, doe ik een dringend beroep op deze leden c van het college om hetgeen ik zojuist heb gezegd bij hun standpuntbepaling te laten meewegen en tot 1 een heroverweging te komenzodat niet met deze procedure wordt voortgegaan. Wellicht is een be- 1 slissing van de Hoge Raad van betekenis voor de 1 rechtspraktijk zoals in het cassatie-advies j wordt gesteld maar aan de cassatieprocedure is I voor Breda als bezwaar verbonden dat bij de burge- i rij misverstanden worden gewekt omtrent de bedoe- lingen van het gemeentebestuur. c 1 De heer KAMMERAAT: U bent toch niet bang dat c de Hoge Raad een uitspraak zal doen die niet con- 1 form het recht in Nederland is? De heer TAKS: Uiteraard niet. Ik heb het vol- ste vertrouwen in de uitspraak van de Hoge Raad. Het gaat er mij om dat nu weer een impasse ont- s staat, dat er misverstanden en onzekerheid kunnen c rijzen omtrent de bedoelingen van het gemeentebei- 1 stuur. Bij de V.V.D.-fractie bestaat de klemmende vraag wat de oogmerken zijn van degenen die zo 3 voor cassatie ijveren. Willen ze alleen maar een 3 principiële uitspraak hebben, of willen ze een i beleidsombuiging? Juist op die vraag zou ik graag i het antwoord van de collegemeerderheid willen 1 hebben De heer VAN DEN STEENOVEN: Als u zich zo druk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1690