24 SEPTEMBER 1980
1707
HET VERLENGEN VAN HET OP 16 NOVEMBER 1978 EX
ARTIKEL 21 LID 7 WET OP DE RUIMTELIJKE ORDE
NING GENOMEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET
GEBIED, GELEGEN TUSSEN DE STALLINGSTRAAT,
ACHTER DE LANGE STALLEN, AKKERSTRAAT EN ACH
TERZIJDE VAN DE BEBOUWING AAN DE GINNEKEN-
STRAAT MET EEN JAAR. (D)
De heer GARRITSENEr wordt nu voorgesteld
het indertijd genomen voorbereidingsbesluit te ver
lengen. Ik vind het jammer dat in de tussentijd
niets is gedaan om de bewoners, de winkeliers en
zovoorts bij de voorbereiding te betrekken. Het
gebied^-Achter de Lange Stallen ligt in een wijk
die tot stadsvernieuwingsgebied is verklaard, ter
wijl de inspraaknota duidelijk aangeeft dat er bij
stadsvernieuwing inspraak zal moeten worden gerea
liseerd, De nota stadsvernieuwing gaat nog een
stukje verder: daarin wordt opgemerkt dat voor
stadsvernieuwingsgebieden een vorm van participa
tie dient te worden overwogen. Ik vind het jammer
dat er tot dit ogenblik nog niets is gebeurd.
De reactie op deze signalering kennende, ben
ik van mening dat de raad over deze kwestie maar
eens een uitspraak moet doen. Ik heb hier dan ook
een motie liggen die is mede-ondertekend door zo
wel de P,v.d.A. als D'66 en waarin het college
wordt uitgenodigd met een voorstel te komen ten
aanzien van de wijze waarop men de inspraak ter
plaatse wil opzetten. Het laten houden van een
hoorzitting door de St,A.R. voordat het bestem
mingsplan ter visie wordt gelegd, is toch wel mi
nimaal, Zeker in deze wijk, die vrij goed toege
rust is en vaak met goede, zinvolle plannen naar
de gemeenteraad komtf zou naar mijn mening meer
aan inspraak moeten worden gedaan. Ik dien de mo
tie bij dezen in,
De heer VAN DE STEENOVEN: In de commissie
hebben wij positief geadviseerd op het voorstel
zoals dat ons yan het college heeft bereikt. Wij