'1739
16 OKTOBER 1980
Mevrouw MUNTJEWERFF-VAN DEN HUL: Er worden
vanavond 30 verkoopvoorstellen aan de raad voorge
legd en dat is nogal wat. Met een aantal van die
verkoopvoorstellen is onze fractie het niet eens,
namelijk wanneer het om percelen gaat met een gro
tere oppervlakte dan 400 m^. Zoals men zich wel
licht herinnert geldt deze oppervlakte voor ons
als het maximum dat per wooneenheid zou moeten
worden verkocht. Overigens lijkt mij dat ten on
rechte in het voorstel wordt geconstateerd dat de
commissie openbare werken positief zou hebben ge
adviseerd ten aanzien van de verkopen onder de
nrs. 4, 12, 13, 23, 30 en 31. Misschien kan men
dat nog eens nakijken.
Het lijkt mij goed de nummers op te geven van
de verkoopvoorstellen waarmee wij het wèl eens
zijn. Ik ga daarbij uit van de lijst bij bijlage
nr. 346.
De VOORZITTER: Zou het niet gemakkelijker zijn
dat u zegt waar u het niet mee eens bent?
Mevrouw MUNTJEWERFF-VAN DEN HUL: Die lijst is
langer!
De VOORZITTER: Daar moeten we dan maar even
geduld voor hebben!
Mevrouw MUNTJEWERFF-VAN DEN HUL: Wij zijn te
gen de punten 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10, 11, 12, 13,
14, 15, 16, 17, 18, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 28 en
29.
Mevrouw SAELMAN-BOELENWij zijn tegen het
gehele voorstel, omdat het grondverkoop ten doel
heeft.
De heer GARRITSEN: Ik ben vanaf het begin te
gen verkoop van grond geweest en dat blijf ik vol
houden, voor alle percelen.