1745 16 OKTOBER 1980 de P.v.d.A. volkomen gelijk. Met hetzelfde recht mag derhalve in omgekeer de zin de verordening ook nooit worden gebruikt of misbruikt om het wederrechtelijk in be zit nemen van panden te sanctioneren. Of het nu om de huidige verordening dan wel om een eventueel gewijzigde gaat: de verordening is hiertoe niet het instrument. Anders gezegd: de verordening is niet bedoeld om de directeur van het EnWa-bedrijf zeggenschap te geven in het woningbeleid van de gemeente en zij is evenmin om de rechtspositie van huiseigenaars en krakers te bekrachtigen of los te weken. Het is nu niet het moment om te discussiëren over de oorzaken van het fenomeen "kraken" of over de al dan niet aanwezige sociale en politieke ac ceptatie en de gradaties in de acceptatie daarvan. De gemeente Breda moge dan ten aanzien van ge kraakte panden een terughoudend en gedogend beleid voeren, zij is naar onze mening uitsluitend ge rechtigd dit ten aanzien van gemeentepanden te doen. Voor zover de wet geen andere mogelijkheden biedt, is dit een beperking waaraan de gemeente zich wettelijk dient te houden. De gemeente is derhalve niet bevoegd via een omweg en een naar onze mening oneigenlijk middel door de wet vast gelegde bezitsvormen van de individuele burger aan te tasten. Dat is naar onze mening, om met de heer Kammeraat te spreken, één der grondslagen van de democratie. In het preadvies dat als volgende punt op de agenda staat de twee agendapunten liggen in hoge mate in eikaars verlengde wordt opgemerkt dat er in een aantal kraakgevallen conflictsitua ties zijn ontstaan. Het college schrijft dan: "Wij achten dit geen reden om op grond daarvan de ver ordening te wijzigen." Mijn fractie acht deze mo tivering in deze omstandigheden en bij de huidige wetgeving de enige juiste. De interpretatie die het college aan de verordening heeft gegeven, is volgens ons de enige mogelijke. Mocht echter een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1745