24 JANUARI 1980 174 U bent vervolgens een rode kaart gaan aan bieden, waarvan alleen de kleur mij bevalt. Het spijtige vind ik echter dat u de feiten die daar aan ten grondslag moeten liggen, eigenlijk niet aangeeft. Ik vind namelijk dat je twee dingen goed moet scheiden. Je kunt een rode kaart geven voor een procedure, mits de procedure inderdaad fout is en mits je laat zien waar de fout ligt. Als je echter een rode kaart geeft omdat een alternatief voorstel onvoldoende mogelijkheden biedt en daar door niet in de beschouwing wordt betrokken of het in de raad niet haalt, heeft die rode kaart be trekking op de inhoudelijkheid. Ik acht dat niet juist. De heer VAN BANNING: Als gevolg van de door u gevolgde procedure Wethouder WELSCHENIk denk dat dat gewoon niet waar is. Uw voorstel is uit en te na bespro ken met allerlei deskundigen. Ook wij beiden heb ben er uitvoerig over gesproken en u weet wat de essentie is: N.A.C. gaat er 100.000,op achter uit, wij betalen 65.000,aan de bank, in feite voor rekeningszaken, en de problematiek met de bank, die in feite tot de ter tafel liggende voor stellen heeft geleid, wordt niet opgelost. Wanneer die drie bezwaren op tafel liggen, moet je, denk ik, niet zeggen dat er een reëel alternatief is. Dan moet je zeggen: er zijn nieuwe gedachten aan gedragen, die met alle hulp van het ambtelijk ap paraat zijn gewogen, maar die omdat zij niet tot reële oplossingen zouden leiden, verder niet in discussie zijn gebracht. Daarvoor een rode kaart geven vind ik onjuist. De heer VAN BANNING: Ik zal op dit ogenblik niet verder met de wethouder discussiëren, maar hij verstrekt hier gegevens die niet kloppen met de besprekingen die ik ambtelijk heb gevoerd en waarvan ik een neerslag in een ambtelijk stuk aan tref, Ik ben bereid dat stuk straks aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 174