1820 30 OKTOBER 1980 Saelman en zij wordt nu niet meer onderbroken. Mevrouw SAELMAN-BOELENVoor het geval de motie niet wordt ingetrokken hebben wij er behoef te aan te zeggen dat het voor ons de vraag is wat wordt bedoeld met de zin, dat het ambtelijk rap port in de commissie openbare werken uitputtend is besproken. Wat wordt in dit verband onder "uit- puttend" verstaan? Het was misschien wel een uit puttingsslag, maar de behandeling was mijns in ziens niet uitputtend in de zin als het naar ik aanneem in de motie wordt bedoeld. Voorts lees ik in de derde alinea van onderaf "dat zoveel als mogelijk en wenselijk is moet worden gedaan". Als hetgeen in dezen wenselijk is door het college wordt uitgemaakt is de motie helemaal overbodig. Ik vind deze motie zo slap, dat het naar mijn me ning niet de moeite waard is haar te ondersteunen. De heer TEN WOLDE: Als er in de raad iets moet worden opgeklopt dan gebeurt dat ook terdege. Waar in dezen over de Brebo-affaire wordt gespro ken is dat op zich al een eenzijdige benadering van de kwestie waar het om gaat, namelijk een me ningsverschil tussen de gemeente en Brebo. De wet houder heeft dan ook terecht gesteld dat van een continuering van de discussie sprake is. In het college is aangegeven, dat overleg plaatsvindt en het is ons bekend waarom het overleg wat voorzich tig wordt gevoerd, namelijk met het oog op de pro cedure die in gang is gezet. Het ligt naar ons oordeel echter voor de hand dat het de bedoeling van het college is dit overleg af te ronden, zo dat er terzake in feite al een toezegging ligt. Wij hebben ons wat verbaasd afgevraagd of het in deze situatie wel noodzakelijk is dat het C.D.A, de partij van de wethouderde kwestie op dit mo ment met deze motie nog wat aanscherpt, daarmee de indruk wekkend mevrouw Saelman heeft ook een opmerking in deze zin gemaakt dat de zaak tot nu toe door het college niet grondig is doorgespit.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1820