1832 30 OKTOBER 1980 sociaal-cultureel werk zal worden aangeboden. Ten derde zal in de stad een centrum worden gesticht dat intensief zal worden gebruikt ten behoeve van werkende en werkloze jongeren, welk centrum in het gebouw van de Pluu onderdak zal krijgen. De besluiten, als hiervoor aangegeven, zijn elk op zich van groot belang. Wij dienen er daarom zeker van te zijn dat zij passen in het stedelijk be leid, want anders worden wij over enkele jaren op nieuw met een faillissement geconfronteerd. Hoe wel de beleidslijnen naar jeugdwerkloosheid en jongerenopvang in Breda nog niet zijn geformuleerd en dus ook nog niet door de raad zijn aanvaard, is uit uitlatingen van de wethouder in begrotings- en diverse commissievergaderingen duidelijk ge- bleken dat het college ter zake een aantal beleids- lijnen uitzet. Met name met betrekking tot werk loosheid zijn beleidslijnen uitgezet, in dat ka der wordt gestreefd naar een breed beleid met vor ming en scholing alsmede experimentele arbeids plaatsen. Dit beleid ondersteunen wij van harte en de voorgestelde invulling van het Pluu-gebouw past hierin naar ons oordeel volledig. Met betrekking tot het jongerenwerk is reeds anderhalf jaar geleden aangekondigd, dat de cen trale opvang in het Pluu-gebouw niet zou kunnen worden gehandhaafd en dat opvang op wijk- en buurtniveau zou moeten plaatsvinden. Bovendien is altijd duidelijk gesteld dat hierbij voorrang zou moeten worden gegeven aan buurten met de minste opvangmogelijkheden en dat de jongeren in principe zullen moeten worden opgevangen in bestaande voorzieningen danwel in nieuwe ruimten die bij de bestaande voorzieningen zouden moeten worden aan gehaakt. Deze beleidslijnen zijn in meerdere ste den toegepast, zoals bijvoorbeeld in Eindhoven, en zij worden ook door ons onderschreven. Het op buurtniveau inzetten van werkers van de Pluu voor het tijdelijk begeleiden van jongeren met de be doeling ze in enkele jaren terug te brengen naar de bestaande voorzieningen, zoals nu met de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1832