30 OKTOBER 1980 1841 De heer VAN DEN WIJNGAARD: Die onderschrijf ik. Wethouder WELSCHEN: Akkoord, en het tijdsele- ment -- ik noem het maar omdat daarover geen on duidelijkheid moet bestaan ligt ook nog eens in het voordeel van de Freetimers. Dat is echter, zoals ik herhaaldelijk heb gezegd, van geen belang. De vraag van de heer Veelenturf over het schrijven van de Stichting Gemeenschapsaccommoda tie Breda^-Zuidoost kan ik niet beantwoorden. Ik heb de bewuste passage niet in mijn hoofd, maar ik hoor waarschijnlijk in tweede termijn wel waar het om gaat. Op de motie van de heer Veelenturf zal ik straks nader ingaan De heer Martens heeft een opmerking gemaakt over het stedelijk beleid. Hij onderschrijft dat dit beleid duidelijk is en uit zijn woorden blijkt dat de P,v.d,A.^-fractie erachter staat, waarmee ik het was ook in de commissie duidelijk geworden gelukkig ben. Op de zeer concrete vragen van de heer Martens wil ik als volgt ingaan. De voortgang van de experimentele-arbeidsplaatsenprojecten is misschien voor de raad zeer interessant, maar ik laat het bij de mededeling dat er van de zes door de gemeente aangevraagde arbeidsprojecten vijf zijn gehonoreerd en dat wij ontzettend hard werken om die binnen de korst mogelijke tijd van de grond te krijgen. Een uitvoerige gedachtenwisseling over dit onderwerp kan naar mijn mening beter in de vergadering van de commissie jeugd en sport van de volgende week worden gehouden. De huisvesting van de Freetimers een vol gende concrete vraag van de heer Martens is in derdaad opgeschoven. Er is in verband met de ver plaatsing van één van de gebruikers van het gebouw aan de Edisonstraat langdurig een serie hindernis sen te overwinnen geweest; het is een kwestie van dagen, Over de opvang van de vier tot zes andere groepen is overleg gaande. Met betrekking tot de Belcrum, de Heuvel en Heusdenhout gaan we in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1841