30 OKTOBER 1980
1843
ontwikkelingen te kunnen blijven doorwerken.
De heer Van Asseldonk heeft daarnaast nog een
opmerking gemaakt over conflicten met andere groe
pen, Er wordt op het ogenblik met veel van die
groepen contact gehouden. Eigenlijk worden op elk
punt gesprekken gevoerd met welzijnswerkers dan
wel beheerders van ruimten, om na te gaan of we
hulp kunnen bieden. Ik denk dat het nog een tijd
zal duren voordat we eruit zijn, maar wij hopen
door echt door te werken en in de begroting gelden
te reserveren te laten zien dat we proberen de
probleemsituaties stuk voor stuk op te lossen en
dat dit niet sneller mogelijk is dan het nu gaat.
Dit zal er naar ik hoop toe leiden dat er op dat
punt geen conflicten ontstaan, maar dat de wel
zij nsinstellingen en de gemeente gezamenlijk pro
beren het werk te klaren. Wij zullen overigens ook
proberen na te gaan of het rijk, dat kort na rel
len zulke mooie nota's over agressieve jeugd
schrijft, daaraan bepaalde consequenties wil ver
binden en of Breda daarbij voor maatregelen in
aanmerking zou kunnen komen.
Ik kom vervolgens tot de motie, waarbij ik
achtereenvolgens op de inhoudelijk belangrijke
passages zal ingaan.
In de eerste plaats zou de raad als zijn me
ning moeten uitspreken dat er met betrekking tot
de beroepskrachten een open selectieprocedure zou
moeten zijn, Alhoewel somtijds bij instellingen
wel eens even de neiging bestaat om vanwege de
snelheid van het vervullen van vacatures geen open
selectieprocedures te hanteren, houden wij er
strikt de hand aan dat van zo'n procedure niet
wordt afgezien. Ook in deze situatie is een open
selectieprocedure gevolgd: er is een advertentie
geplaatst, er is een selectiecommissie, de werving
verloopt op de normale open wijze.
In de tweede plaats wensen de indieners van
de motie de dienst van jeugd en sport bij de se
lectieprocedure te betrekken. Ik vind dat met zo'n
werkwijze op ongewenste wijze in de zelfstandigheid
