30 OKTOBER 1980 1853 wordt hier gewerkt met objectieve criteria waar over we gewoon met de raad praten. Vervolgens nog iets over het C.R.M.-experi ment. Ik heb gezegd dat wij met het veld samen zullen proberen bij C.R.M. een subsidie-aanvraag voor een experiment neer te leggen. Ik weet niet eens of dat gaat gebeuren. De heer Veelenturf meent over informatie omtrent de omvang etcetera te be schikken, maar ik kan hem zeggen dat daarover nog geen duidelijkheid bestaat. Op dit ogenblik is al leen bekend dat de steden waar al een experiment is, 125.000,^ voor een accommodatie krijgen. Overigens hopen we inderdaad dat er voor Breda mo gelijkheden komen, maar we gaan eerst maar eens rustig een aanvraag formuleren. De subsidieverordening met betrekking tot de Pluu zal uiteraard aan de raadscommissie worden voorgelegd, conform de gedragslijn die bij alle instellingen is gevolgd. Aan de hand van die ver ordening kan de heer Veelenturf tot een toetsing komen. Aan de motivering ten aanzien van de motie heb ik niets toe te voegen. Ik denk dat de heer Veelenturf goed heeft gehoord hoe ik eerder vana vond heb gereageerd; hij heeft daaruit ook geci teerd. Op dit ogenblik ga ik er niet meer op in. De VOORZITTER; Dames en heren. Wij kunnen tot beslissingen komen. De motie is ingetrokken en het is dus verder niet meer van belang erover te oor delen, De heer VEELENTURF: Om alle misverstanden te voorkomens het antwoord van de wethouder is pre cies in overeenstemming met wat ik in tweede ter mijn heb gezegd en wij trekken de motie dan ook in. De VOORZITTER; De motie is dus ingetrokken. Ik denk dat de notulen nog eens zullen worden na gelezen, want,,,.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1853