1856 30 OKTOBER 1980 anders opzitten dan dat er aparte waterbeheerssys temen aan de orde komen, wat nogal wat financiële consequenties met zich zal meebrengen. Ik heb ge lezen dat deze problematiek in een later stadium naar ons toe zal komen. Wij wachten dat af, maar we willen wel onze zorg tot uiting brengen. Het is niet niets, een apart waterbeheerssysteem te moe ten opzetten voor een gebied van verhoudingsgewijs een klein aantal ha. De noodzaak staat echter als een paal boven water. Wil men het ene behouden, dan zal men het andere niet kunnen laten. Ik heb duidelijk gemaakt dat men op de ene plaats graag de bomen wil behouden, maar dat men aan de andere kant de ter plaatse aanwezige landbouw geen kwaad wil doen. Hiermee wil ik zeggen dat beide belangen met een goede waterbeheersing zullen worden ge diend en dat daarvoor, wil het gebied floreren, het nodige geld zal moeten worden uitgetrokken. De C.D.A.-fractie gaat graag mee met het voorstel om het beheersplan landgoederenzone Burgst vast te stellen en zij is bereid het kre diet ad 642.635,beschikbaar te stellen. Zo juist heb ik in een ander stuk nog gelezen dat dertig jaar geleden voor een zelfde bedrag een heel slachthuis werd gebouwd; nu vraagt men zo maar lukraak even zo'n bedrag voor een beheersge bied! Eén ding zal snel gerealiseerd zijn. Men heeft de bedoeling tot onkruidakkers te komen, iets wat naar mijn idee het snelst kan worden ge regeld: laat het maar even liggen en aan het ein de van het jaar ben je zo ver! We moeten het ech ter niet zo ver laten komen dat we straks door het onkruid het bos niet meer zien, want ik denk dat niemand dat wil. Sprekend over onkruidakkers, heb ik mij in de commissie wel eens afgevraagd of men naar het Stenen Tijdperk terug zou willen. De on kruidakker mag er wat mij betreft komen. Er zul len weer klaprozen bloeien, maar we moeten ervoor zorgen niet van alleen klaprozen een boeketje te plukken, want dat zou een beetje eenzijdig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1856