1933 1 DECEMBER 1980 opmerking gemaakt die mij wel aansprak, maar waar mee ik het toch niet eens ben. Hij heeft namelijk gezegd dat wij eerst ons volkshuisvestingsbeleid moeten formuleren en pas dan naar de centen moeten kijken. Het college is van oordeel dat dit een volslagen onverantwoorde operatie zou zijn. Wan neer je met beleidsformulering bezig bent, dien je mijns inziens ook de haalbaarheid van extra in spanningen na te gaan en binnen de rijksregelingen te blijven. Dit verleidt mij ertoe te zeggen dat de heer Garritsen er niet van moet uitgaan dat éérst het beleid moet worden geformuleerd en dat pas dan naar de centen moet worden gekeken. Wij zullen ons beleid op basis van de realiteit moeten voeren. Verder heeft de heer Garritsen de vraag ge steld of er al tot erfpacht is besloten met be trekking tot de aluminium-woningen. Ik moet hem zeggen dat in het college daaromtrent nog geen besluit is genomen. Het college zal pas zijn be sluit bekend maken op het moment waarop de raad wordt uitgenodigd ter zake daarvan te besluiten. De heer Goos heeft gevraagd waar de beroemde aluminium-woningen worden gerealiseerd. Ik kan hem zeggen dat zij worden gebouwd in het bestemmings plan Resteren, boven de kaveltjes in het gebied dat zich leent voor bebouwing in de vrije sec^tor. Ik meen dat ik hiermee op de hoofdpunten van het door de raad gestelde heb gereageerd. Zoals ik al heb vermeld wordt de inspraakmotie van de Partij van de Arbeid door de meerderheid van het college ontraden, terwijl de motie van de Partij van de Arbeid over de woningdifferentiatie door het college overbodig wordt geacht. De heer VAN DE STEENOVEN: Het is al weer eni ge tijd geleden dat wij in eerste termijn over het bestemmingsplan Resteren spraken, en inmiddels zijn er nieuwe, belangrijke gegevens naar vojren gekomen, waaronder de concept-nota volkshuisves ting die de wethouder al heeft genoemd. Het laatste

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1933