1963
1 DECEMBER 1980
worden maar de gemeente geen mogelijkheden heeft
veel mankracht en geld in te zetten, is belang
rijk, evenals het verbeteren van de onderhoudstoe-
stand van de kleine speelplaatsjes die er, naar
mijn eigen ervaring en blijkens het rapport, nog
al belabberd bij liggen.
Toch leven er ten aanzien van het spelen in
onze fractie ook vragen en ik wil niet nalaten
deze te stellen. Ten eerste: de nota mist een die
pere bezinning op wat spelen betekent. Onderzoek
toont aan, dat kinderen in rommelhoekjes in de
stad vaak fijner spelen dan op kraakheldere saai
aangelegde speelplaatsjesTen tweede: de nota ge
bruikt andere leeftijdsindelingen dan ik vanuit
mijn eigen ervaring zie. De speelsituatie in de
Hoge Vucht is niet goed, maar de nota stelt onvol
doende maatregelen in het vooruitzicht ter verbe
tering van die situatie. Bij de aanleg van nieuwe
wijken moet meer rekening met spelen worden ge
houden. Kan de werkgroep woonomgeving een hardere
basis krijgen en meer bestaande buurten aanpakken
dan de vijf genoemde? Wij noemen hierbij onder
andere de buurt St. Anneke. Wij hebben na de be
handeling van de nota in de commissie een brief
van de werkgroep St. Anneke ontvangen, van bewo
ners van het Frans Heylaertsplein en omgeving en
wij vragen ons af waarom deze buurt niet in de
prioriteitstelling is opgenomen. Kan deze buurt
nog ingepast worden? Op korte termijn moet hier
toch zeer beslist iets gebeuren.
Samenvattend: onze fractie gaat graag met uw
voorstel akkoord en vindt de nota een grote stap
vooruit, maar over ongeveer twee jaar willen wij
nog eens bezien hoe de beleidsvoornemens dan zul
len zijn uitgevoerd, hoe de filosofie achter het
spelen dan zal zijn ontwikkeld en of de stedebou
wers in nieuwe wijken kindervriendelijke buurten
ontwerpen
De heer VEELENTURFVoor ons ligt een uitvoe
rige nota met een veelheid aan informatie over het
