1 DECEMBER 1980 1978 Wethouder WELSCHEN: Op dit moment kan ik moeilijk een ander verhaal houden dan ik hiervoor heb gedaan. Wanneer wij met een nota komen waarin wij in een programma aangeven op welke wijze wij een en ander, los nu even van de budgettaire moge lijkheden, willen proberen te verwezenlijken in een volgorde aangepast aan het bestratingsprogram ma, het verbeteren van de woningen en aan hetgeen de diensten als gezamenlijke prioriteiten willen zien, dan gebiedt de eerlijkheid naar mijn mening te zeggen dat wijals wij het op de aangegeven wijze willen doen, een bepaalde planningsmogelijk heid moeten hebben. Er kan niet goed worden ge werkt als wij ons op een gegeven moment moeten gaan afvragen waaraan wij eens zullen beginnen. Wij zullen naar mijn overtuiging in de aangegeven volgorde te werk moeten gaan. De heer VAN ASSELDONK: Dat is dan toch een duidelijk andere wijze van werken dan bij alle an dere nota's van het college. Nota's worden door gaans voor kennisgeving aangenomen en daarna krij gen wij hetgeen wordt gesteld achter de gedachten- streepjes twee en drie. De VOORZITTER: U hebt nog een tweede termijn, mijnheer Van Asseldonk. Wethouder WELSCHEN: Om aan alle onduidelijk heid op dit punt een eind te maken het volgende. Wij hebben het besluit opnieuw geformuleerd omdat wij vernomen hadden dat verschillende fracties problemen hadden met het oorspronkelijke besluit. De besluitvorming is toen aangepast aan de besluit vorming zoals zij normaal pleegt plaats te vinden. Bij de besluitvorming over de nota "Sportieve re creatie" is het precies hetzelfde gegaan, de for muleringen liggen in dezelfde lijn. Wij hebben wat dit betreft een identieke mogelijkheid aangegrepen Wanneer dit een probleem blijft wil ik dat graag horen, maar ik geloof dat wij bij het nemen van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1978