1987 1 DECEMBER 1980 De heer VAN DE STEENOVEN: Die opmerking van de heer Ten Wolde is volledig juist, maar de heer Ten Wolde is bijvoorbeeld akkoord gegaan met het bestemmingsplan Tramsingel. Aan dat bestemmings plan is een lijst toegevoegd van bedrijven die op een bepaalde manier zijn ingedeeld. Bedrijven die in de éne kolom voorkomen mogen wel in het gebied gevestigd zijn, bedrijven in de andere kolom niet. In dat geval is de heer Ten Wolde er ook mee ak koord gegaan dat via het ruimtelijk beleid de kwa liteit van het woonmilieu wordt gegarandeerd. De heer TEN WOLDE: Er moet geen informatie vervuiling plaatsvindend Dat betrof een nieuw in te vullen bestemmingsplan. Ook de V.V.D. is van oordeel dat je in een open situatie tot een afwe ging van de verschillende aspecten moet komen. Wie was er echter in dit geval het eerst: Wagemakers of de woonomgeving? Dat is in dezen essentieelI De heer VAN DE STEENOVEN: De indruk wordt ge wekt dat wij door het nu te nemen besluit bestaan de werkgelegenheid op een of andere manier zouden aantasten, maar dat is per se niet waar. Toekom stige ontwikkelingen willen wij op deze manier veiligstellen, met betrekking daartoe willen wij als gemeentelijke overheid via dit besluit een zo sterk mogelijke positie innemen. Met het oog daar op wordt dit besluit genomen, mogelijke consequen ties ervan zijn nog helemaal niet aan te geven. Daarom zeg ik dat de heer Ten Wolde te voorbarig is. Met het verhaal dat hij nu heeft gehouden zal hij moeten komen als wij een bestemmingsplan vast stellen waarin precies zal worden vastgelegd welke bedrijfsvestigingen wel en niet zullen zijn toege^- staan. Op dat moment zullen wij pas een duidelijk beeld hebben van de consequenties voor de werkge legenheid. Het zal u duidelijk zijn dat wij uw voorstel steunen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1987