2033
4 DECEMBER 1980
drie maanden suggereert dat de aanstelling van een
directeur dan slechts drie maanden zou opschuiven.
Ik moet zeggen dat een dergelijk beeld in ieder
geval pertinent onjuist is. Als over drie maanden
met de werving en selectie van een bestuurscommis
sie kan worden gestart, zal dat naar mijn mening
betekenen dat er met erg veel geluk misschien een
raadsbenoeming van de bestuurscommissie vóór de
zomer van 1981 zou kunnen plaatsvinden. De heer
Oomen ontkent dat ook niet, want hij heeft daar
over zelf al bij de verdediging van zijn amende
ment gesproken. Gelet op het feit dat de zomermaan
den niet de meest geëigende periode voor de wer
ving van een nieuwe directeur vormen, zou met die
werving in het najaar van 1981 kunnen worden ge
start. Wij moeten derhalve met elkaar constateren
dat in dat geval binnen een jaar nog geen voor
dracht aan de raad zou kunnen worden voorgelegd.
Rekening houdend met de normale opzegtermijn van
drie maanden, moeten we dan minstens rekening hou
den met indiensttreding in april 1982, naar mijn
mening een jaar later dan eigenlijk wenselijk zou
zijn. Ik geloof daarom dat het voorstel om de se
lectieprocedure met drie maanden in te korten een
verkeerd beeld opwekt. In elk geval houdt het in
dat de nieuwe directeur van de Beyerd minstens pas
over anderhalf jaar wordt aangesteld.
De heer Oomen heeft verder gevraagd naar de
opstelling van het directeurenoverlegIk kan hem
zeggen dat het directeurenoverleg hier unaniem
achter staat. Verder kan ik meedelen dat ook het
directeurenoverleg een bijdrage wil leveren om
binnen het kader van de netwerkgedachte eisen te
stellen aan de oproep voor een nieuwe directeur,
teneinde te bereiken dat er een directeur wordt
benoemd die niet alleen leiding kan geven aan het
geen binnen de Beyerd moet gebeuren, maar die er
ook voor kan zorgdragen dat de Beyerd als insti
tuut kan inspelen op het samenspel van instituten
in deze stad.
De heer Gielen is in zijn betoog niet zozeer