2073
4 DECEMBER 1980
vervallen van de kwaliteitszetel van de burgemees
ter en daarmee tegen de verkleining van de gewest
raad; zes gemeenten spraken zich uit tegen het
verkleinen van het dagelijks bestuur en acht tege
het openen van de mogelijkheid een voorzitter van
buiten de gewestraad te benoemen. Dat betekent,
dat de negende wijziging van de gewestregeling
niet tot stand komt, want voor wijziging is de
instemming van alle deelnemende gemeenten vereist
Inmiddels heeft het dagelijks bestuur van
het stadsgewest besloten van verdere stappen af
te zien, een mijns inziens onvermijdelijk besluit
omdat niet te verwachten valt dat de gemeenten di
zich tegen één of meer van de wijzigingen hebben
uitgesproken, nu de tegenstand zo massaal blijkt
te zijn, alsnog zullen zijn te overreden. Op zich
is dit niet van zo groot gewicht omdat de wijzi
gingen geen wezenlijke veranderingen in de struc
tuur betreffen, maar toch is het resultaat in ho
ge mate verontrustend omdat het ook een indicatie
geeft omtrent de bereidheid van diverse gemeenten
tot het meewerken aan veranderingen van de struc
tuur van welke aard dan ook. Ik denk hierbij aan
de uitspraak van de gewestraad, gedaan op 14 sep
tember 1979, in combinatie met het voorstel be
treffende de negende wijziging van de gewestrege
ling, namelijk de uitspraak dat de samenstelling
van de gewestraad een afspiegeling dient in te
houden van de stadsgewestelijke bevolking en dat
het dagelijks bestuur overleg moet plegen over de
mogelijke afspraken om tot zo'n afspiegeling te
komen. Het is dunkt mij een illusie te verwachten
dat de gemeenten die niet bereid zijn onbetekenen
de wijzigingen van het bestuursorgaan te aanvaar
den wel bereid zouden zijn eensgezind mee te wer
ken aan het maken van afspraken om te komen tot
een politieke afspiegeling bij de samenstelling
van de gewestraad. Mijn conclusie luidt dan ook,
dat de volgens het programakkoord noodzakelijke
geachte aanpassing van de opzet van de bestuurs
structuur, waardoor deze zoveel mogelijk zou gaan