2149
9 DECEMBER 1980
zelfstandig te kunnen wonen vervult ook onze
fractie met grote zorg, dat is een uitgemaakte
zaak. Wederom viert echter de incident-politiek
hoogtijEen greep uit de spaarpot geeft immers
geen enkele structurele oplossing.
Ook mijn fractie heeft veel aandacht aan deze
problematiek besteed. Het afwegingsproces wonen
versus verantwoord financieel beleid is bijna een
conflict geworden. Gezien het grote belang van de
woonfunctie vinden we dat deze het voordeel van
de twijfel moest hebben. Echter, tegelijkertijd
hebben we ons nog nooit zo duidelijk gerealiseerd
dat we geen oplossing in de tijd hebben gecreëerd.
De noodoplossing wil onze fractie accepteren, doch
we willen er wel nadrukkelijk voor waarschuwen dat
de rekening over één of twee jaar wel zal worden
gepresenteerd. Dan zal er wel financieel perspec
tief in het beleid moeten zitten. Een greep uit
de kas is dan niet meer mogelijk en dat financiële
perspectief zal dan nog moeilijker zijn dan nu.
Duidelijk is wel dat er iets anders zal moe
ten gebeuren, maar dan zullen we er ons wel reken
schap van moeten geven waarom de rijksoverheid
thans zo rigoreus aan het bezuinigen is. De col
lectieve lastendruk moet worden verminderd om op
deze wijze de werkgelegenheid te stimuleren. Dat
is geen kwestie van één of twee jaar. Structuren
zullen moeten veranderen om het bewijs op tafel
te krijgen dat efficiënt wordt gewerkt. Deze niet
aflatende voortdurende zorg van de rijksoverheid
zullen we als lagere overheden niet mogen door
kruisen door onze compensaties te zoeken in ster
ke belastingverhogingen. Ook het feit dat het be
lastingniveau voor de burger tot een bijna onac
ceptabele hoogte is gestegen betekent voor ons dat
we in de toekomst geen structurele o.g.b.-verho
gingen mogen toepassen. Het afstemmen van lokaal
beleid en rijksbeleid is één van die aspecten
welke thans in de bestuursstructuur slecht func
tioneren. In ieder geval mogen wij als lagere
overheid het werkgelegenheidsbeleid van de