2179 9 DECEMBER 1980 voor deze ontwikkeling en wel om de volgende re denen: 1de kwaliteit van nieuwe woningen komt onder druk te staan, steeds meer wordt er kritiek geleverd door beleggers en bouwers op de hoge eisen welke bouwverordeningen stellen; een ge vaarlijke ontwikkeling; 2. er bestaat een reële kans dat er nieuwe wijken ontstaan met veredelde noodwoningen, sociaal een ongewenste ontwikkeling. Naar de mening van de P.S.P. mag er niet getornd worden aan de kwaliteitseisen die op dit moment gelden, een goede betaalbare woning is een grond recht. We zullen dit moeten beschouwen als een algemene voorziening, evenals bijvoorbeeld onder wijsvoorzieningen. Hiervoor zal geld op tafel moe ten komen, het is dan wel gewenst dat dit geld ook voor 100% besteed wordt voor het oplossen van de woningnood. Daarom is het noodzakelijk dat het winststreven in deze sector afgeschaft wordt, speculatie in deze sector moet worden uitgebannen. Volgens A. Thomsen in Bouw van december 1977 wordt in de hele speculatiebussiness meer verdiend dan de overheid aan subsidies uitgeeft. Deze zaak aan pakken betekent diep snijden in deze sector van onze maatschappijDe overheid is op geen enkele wijze bereid dit te doen, toch is dit noodzakelijk om de woningnood op te heffen. Ook de stadsvernieuwing komt in Breda niet van de grond, nog steeds is het college er niet uit op welke wijze het dit moet aanpakken. Dit geldt op dezelfde wijze voor het aanpakken van de leegstand, noodzakelijke stappen om dit probleem te lijf te gaan weigert het te nemen. Honderden panden in Breda staan leeg en worden daarom regel matig gekraakt, en terecht. Het enige antwoord van het college is: politie-ingrijpen of de M.E. met veel machtsvertoon sturen. Nog steeds weigert het college de woonruimtewet 1947 in te voeren, nog steeds weigert het het speculeren enigszins aan te pakken door een actief aankoopbeleid, door het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2179