11 DECEMBER 1980
2235
te hoog tempo gewerkt.
Ik sprak zoeven over korte-termijnmaatregelen
voor dit soort problemen, maatregelen waarmee wij
ons op dit moment inderdaad bezighouden, maar waar
wij in Breda 2000 werkloze jongeren hebben is het
steken van zóveel energie in de werkgelegenheid
voor honderd van hen natuurlijk niet meer dan een
druppel op de gloeiende plaat, zeker wanneer wij
weten dat jeugdwerkloosheid of werkloosheid in het
algemeen niet het conjuncturele verschijnsel is
zoals het landelijk vaak naar voren wordt gescho
ven, maar een structureel gegeven dat niet met
conjuncturele maatregelen als werkverruimende maat
regelen, een T.A.P.-regeling of vierjarige projec
ten kan worden opgelost. Ter oplossing van de
structurele werkloosheid zullen wij ook met struc
turele maatregelen moeten komen. Op dit moment
meen ik te moeten constateren, dat het technisch
schitterend lopende systeem dat wij hebben verge
ten is op dit soort problemen in te schieten. Naar
mijn mening is een behoorlijk fundamentele wijzi
ging nodig -t- nu moet men niet zeggen dat ik met
partijpolitiek bezig ben, want dit besef begint zo
langzamerhand in alle partijen door te breken
een volstrekt andere benadering van de vraag hoe
wij tegen arbeid en vrije tijd aankijken. Collega
Sandberg heeft zoëven een verhaal over economische
zaken en cultuur verteld, waartussen de relatie
misschien iets minder gemakkelijk te leggen is dan
tussen arbeid en vrije tijd, maar vertelt u mij nu
eens wat ik moet doen met het volgende heel simpe
le rekensommetje. Er zijn, dit wat de sector re
creatie betreftf op het ogenblik in Nederland on
geveer een miljoen mensen die niet actief zijn en
die geacht zouden moeten worden in een goed wer
kend systeem betaalde arbeid te verrichten. Moeten
wij hieraan in ons yrije^tijdsbeleid iets doen?
Niemand is hiermee tot nu toe begonnen. Aan de an
dere kant dit haal ik uit mijn eigen ervaringen
als wethouder personeel t-t- zijn er minstens even
veel mensenf zo niet een veelvoud daarvan, die