11 DECEMBER 1980 2265 van goedkopere woningbouw en de noodzaak daartoe was enkele jaren geleden al evenzeer aanwezig als nu. Wethouder VAN BANNING: Het laatste is onge twijfeld waar, dat heeft wethouder Van Dun reeds duidelijk naar voren gebracht, maar dat de omstan digheden overigens drastisch zijn gewijzigd hebt u vanavond ook kunnen horen. Van mevrouw Paulussen hebt u bijvoorbeeld gehoord dat eigenlijk nergens geld voor beschikbaar is. Als u voorts in aanmer king neemt dat, met betere verwachtingen dan waar van vandaag sprake is, jaren is geijverd om tot een betere woningbouw te komen, dat de omstandig heden inmiddels veel moeilijker zijn geworden en dat nu deze gelden kunnen worden vrijgemaakt, dan is mijns inziens nu het moment gekomen om de re serves, voor zover dat verantwoord is, aan te tas ten Het college zou dan ook de opvatting, dat het vroeger gevoerde beleid als te behoudend zou moe ten worden gekenschetst, zeker niet willen onder schrijven. In de richting van de heer Crul mag ik dan nog zeggen dat niet zozeer sprake is van een ommezwaai danwel van een logische gang van zaken in gewijzigde omstandigheden. De inzet van de re serves is overigens niet, zoals is gezegd, uiter aard een goede zaak, het is een goede zaak in de afweging van het doel waarvoor de gelden worden gebruikt De heer CRUL; Bij de discussies over het in zetten van de reserves bij de binnenstadsinvulling heeft de heer Broeders naar voren gebracht en dat niet alleen tijdens die debatten dat het inzetten van de reserves onmogelijk was omdat de risico's die wij zouden lopen op dat moment te groot waren. Uw argumentatie, met een verwijzing naar een opmerking van de heer Eissens, dat je moet sparen als je het breed hebt gaat dan hele maal niet op, Volgens de heer Broeders hadden wij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2265