2266 11 DECEMBER 1980 niets en wij konden ook niets meer uitgeven. De heer KAMMERAAT: De reserves zijn sinds die tijd groter geworden. De heer CRUL: Destijds mochten de reserves niet worden ingezet, want de gelden moesten in verband met risico's die wij liepen gereserveerd blijven. Die risico's zijn op dit moment nog onger wijzigd aanwezig, zodat uw redenering en die van de heer Van Banning gewoon niet opgaat en onwaar is. Wethouder VAN BANNING: Ik ben blij dat de heer Crul dit, ook in de richting van de heer Van de Steenoven, ter aanvulling naar voren brengt. Toen er geen reserves waren konden wij ze natuur lijk ook niet inzetten. De heer CRUL: Dat is onzin! Wethouder VAN BANNING: In latere jaren heeft inderdaad een nogal sterke groei van de algemene reserves plaatsgehad. De heer CRUL: Dat is onzin. Er waren reser ves, dat weet iedereen, en die zijn er nog, reser ves die nog niet zijn gebruikt. De heer Broeders noemde het echter onverantwoord die reserves in te zetten, de heer Van Banning zegt nu dat er sprake is van een gewijzigde situatie. Ook dat is niet juist want wij willen de reserves nu voor dezelfde activiteiten inzetten als waarvoor het destijds niet mogelijk werd geacht. De wethouder moet ger woon erkennen dat een ander beleid wordt gevoerd. De VOORZITTER; Mag de heer Banning nu zijn betoog vervolgen? Wethouder VAN BANNING; Ik denk dat de heer Crul en ik elkaar niet helemaal goed verstaan. Er

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2266