2328
15 DECEMBER 1980
op dat punt al pogingen ondernomen en ik heb de
hoop dat er in de toekomst verbeteringen zullen
optreden. Ik meen dat daarbij de behandeling van
de begroting een heel belangrijke rol speelt; u
hebt in een vorige raadsvergadering daarover al
opmerkingen gemaakt. Ik ben van mening dat wij ons
de komende weken al ernstig moeten bezinnen op de
vraag wat er in de toekomst zal moeten gebeuren.
Met name moeten wij daarbij de vraag betrekken of
het niet goed zou zijn enkele dagen te besteden
aan de behandeling van de begroting, waarbij dan
niet alleen 's avonds maar ook overdag zal dienen
te worden vergaderd. Graag wil ik dit onderwerp
op zo kort mogelijke termijn met de fractievoor'-
zitters en in de commissie algemene zaken bespre
ken.
Mevrouw Saelman heeft gezegd dat zij het hier
gehanteerde reglement van orde niet zozeer nodig
acht. Ik heb begrepen dat zij ten aanzien van een
aantal onderdelen daarvan duidelijk andere wensen
heeft. Alle water van de zee wast echter niet af
dat wij met elkaar het reglement van orde zullen
moeten maken. Er is daaromtrent al een veelheid
van opmerkingen en amendementen naar voren gekomen
Wij zullen er toch een keer uit moeten komen en
ons dan aan dat reglement moeten houden.
Voor wat betreft de wet op de Openbaarheid
van bestuur kan ik geen andere opmerkingen maken
dan die ik al heb gemaakt. Mevrouw Saelman heeft
op dat punt een motie aangekondigd, die met name
aan de gemeenteraad gerichte brieven zal betreffen
Ik hoop dat mevrouw Saelman mij niet zal beschul-r-
digen van het gebruiken van stadhuistaal. Wij ma
ken daarvan natuurlijk nogal gemakkelijk gebruik,
al proberen wij ons zo goed mogelijk uit te druk^-
ken. Wanneer het gaat om brieven gericht aan de
raad als hoogste bestuursorgaan van de stad, is
er ons alles aan gelegen dat de raad daarvan ken
nis kan nemen. Het lijkt mij evenwel voorshands
niet nuttig die correspondentie, die vrij omvang^
rijk is, aan alle raadsleden toe te zenden; zo